244 Appendices De belangrijkste bevindingen van dit proefschrift zijn: Deel 1: Methodologische toepassingen i. Dynamische [18F]flortaucipir PET-scans kunnen worden ingekort van 110 naar slechts 50 minuten zonder verlies van nauwkeurigheid. ii. Longitudinale semi-kwantitatieve (SUVr) en kwantitatieve (BPND) parameters zijn vergelijkbaar voor [18F]flortaucipir. Deel 2a: Klinische toepassingen - cognitie i. Tau-pathologie en lage cerebrale doorbloeding/perfusie zijn beide onafhankelijk geassocieerd met slechtere cognitieve prestaties (cross-sectioneel), wat aangeeft dat elke biomarker onafhankelijk bijdraagt aan cognitieve stoornissen bij AD. ii. Vergeleken met mensen waarbij de ziekte van Alzheimer zich op een latere leeftijd presenteert is de mate van tau-pathologie en cerebrale doorbloeding sterker geassocieerd met cognitieve stoornissen bij mensen waarbij de ziekte zich op jonge leeftijd presenteert. iii. Zowel baseline tau PET als de verandering in tau PET zijn voorspellend voor longitudinale cognitieve trajecten over domeinen heen (wanneer gecorrigeerd voor cerebrale doorbloeding), wat onderstreept dat tau-PET een waardevol hulpmiddel is bij het voorspellen van cognitie. Deel 2b: Klinische toepassingen – neuronale schade i. Meer tau pathologie houdt verband met versnelde corticale verdunning, maar niet met een afname in relatieve cerebrale doorbloeding. Daarnaast voorspelt tau-PET op baseline corticale verdunning beter dan dat verandering in tau PET signaal dat doet. Deel 2c: Klinische toepassingen – AT(N)-classificatiesysteem i. Er bestaat aanzienlijke variatie tussen individuen in de volgorde waarin ATN-biomarkers abnormaal worden.
RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw