591108-Bekkers

53 Privatiseren van identiteitsverschillen: Politiek Liberalisme Het verschil in rechtvaardigheidsprincipes impliceert wel een extra uitdaging voor de congruentie tussen het rationele en redelijke. Als mensen met verschillende levensbeschouwelijke doctrines hun rechtvaardigheidsprincpes verschillend invullen, is er een gedeeld concept nodig waarmee zij onderling verzekerd kunnen zijn dat ze in politieke zin vanuit dezelfde rechtvaardigheidsprincipes zullen handelen. Met ‘publieke redenen’ kan men wederzijds verzekeren dat men inhoudelijk gezien dezelfde rechtvaardigheidsprincipes hanteert (Thrasher and Vallier 2013, 939). Het concept ‘publieke redenen’ kan onderscheiden worden van ‘niet-publieke’ (Rawls 1993, 220) of ‘private’ (O’Neill 1986, 528) redenen. Niet-publieke of private redenen hebben autoriteit binnen een groep die bepaalde overtuigingen of waarden deelt, zoals een geloofsgemeenschap, een bedrijf, een fanclub et cetera. De autoriteit van publieke redenen is niet beperkt tot zulke specifieke gemeenschappen, maar het zijn redenen die alle redelijke mensen in een samenleving (kunnen) delen. De inhoud van wat een publieke reden kan zijn wordt bepaald door een ‘familie van Rechtvaardigheidsprincipes’. Aangezien er verschillende Rechtvaardigheidsprincipes tot de politiek liberale familie behoren, kunnen er ook verschillende publieke redenen zijn (Rawls 1995, 450). In een ‘goed-geordende’ samenleving kan bediscussieerd worden of een naar voren gebrachte reden een publieke reden is of niet. Wederzijdse bevestiging van een inhoudelijk gelijk politiek principe van rechtvaardigheid wordt mogelijk als mensen in het publieke debat argumenten uitwisselen in termen van publieke redenen. Gegeven de variaties in de Rechtvaardigheidsprincipes kan dit er echter toe leiden dat mensen hun commitment aan rechtvaardigheid niet meer kunnen uitdrukken in termen van hun echte redenen. Een religieus persoon zou bijvoorbeeld van mening kunnen zijn dat de politieke conceptie van rechtvaardigheid door God is opgelegd. Dat is geen publieke reden, omdat hij bijvoorbeeld niet geldt voor iemand die niet in God gelooft. Voor de religieuze persoon is dit wel de echte reden. Als in het publieke debat alleen maar publieke redenen gegeven zouden mogen worden, kunnen mensen niet werkelijk uitdrukking geven aan wie ze menen te zijn (Sandel 1994, 1789–94).51 Om aan dit bezwaar tegemoet te komen heeft Rawls een zogenaamde ‘brede visie’ geïntroduceerd.52 Deze houdt in dat burgers niet-publieke redenen mogen geven en ook hun stem daarop mogen baseren, mits (‘provided’) zij desgevraagd wel publieke redenen kunnen geven. Deze voorwaarde wordt aangeduid als de ‘proviso’ (Rawls 1995, 453). De politieke conceptie van rechtvaardigheid kan dus altijd in termen van publieke redenen geformuleerd worden.53 51 Merk op dat publieke redenen alleen relevant zijn in de publieke sfeer. In de ‘achtergrondcultuur’ kunnen mensen niet-publieke redenen op basis van hun levensbeschouwelijke doctrine uiten. De publieke sfeer betreft het werk van rechters, ambtenaren, wetgevers, politieke kandidaten en politieke campagneleiders (Rawls 1995, 443). 52 In een naschrift bij zijn boek Politiek Liberalisme, getiteld “Het idee van publieke redenen opnieuw behandeld’ (Rawls 1995, 440–90). 53 Volgens (Thrasher and Vallier 2013, 941–45) blijkt uit empirische studies dat deze ‘brede visie’ tot ruis (‘noise’) en versterking van die ruis (‘amplification’) leidt waardoor stabiliteit wordt ondermijnt. Zij introduceren een concept van indirecte publieke redenen, bestaande uit al aanwezige sociale normen, waar mensen zich naar gedragen, zodat het garantie-probleem niet optreedt (Thrasher and Vallier 2013, 947–50). De redenering komt overeen met de redenering ten aanzien van sociale normen in paragraaf 5.2.2. 2

RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw