591108-Bekkers

119 Het inleven in identiteitsverschillen: Articulatie-ethiek 4.3.1 Sociaal geconstrueerde ‘objectieve’ waarden Waarden zijn een manier waarop mensen betekenis geven aan de wereld, vanuit het perspectief van hun leefwereld. Afhankelijk van de horizonovertuigingen van een leefwereld worden bepaalde kenmerken van de wereld als waardevol uitgelicht. Wat mensen waardevol achten, wordt geconstitueerd in de relatie van mensen (in een leefwereld) en reële kenmerken van de wereld.160 De (ontologische) realiteit van de menselijke conditie zoals Taylor die schetst, zou op deze manier begrepen kunnen worden zonder dat het bestaan van problematische constituerende waarden in het universum aangenomen hoeft te worden.161 In de leefwereld waarin mensen opgroeien delen mensen een betekenishorizon, inclusief een moreel kader. Die betekenishorizon omvat horizonovertuigingen over feiten, normen en waarden. Kenmerken van de wereld krijgen betekenis door de vigerende waarden. De vigerende waarden vormen een betekenishorizon die mensen in een leefwereld delen. De leefwereld waar mensen deel van uitmaken is hún leefwereld en deze maakt dat het daarmee verbonden morele kader reëel en objectief is, en essentieel is voor wie ze zijn. Op basis van de combinatie van deze horizonovertuigingen en kenmerken van de wereld zijn er verschijnselen die zij als reëel en objectief waardevol begrijpen (Desouza 2016, 3). Mensen hadden in een andere leefwereld kunnen opgroeien met een andere betekenishorizon, maar wat zij als waardevol zien zou ook dán mede bepaald worden door kenmerken van de wereld. Voor de 160 (McDowell 1994; 1996) vergelijkt waarden met ‘secundaire kwaliteiten’ als kleur. Zulke secundaire kwaliteiten zijn reëel, maar ze bestaan niet onafhankelijk van mensen. 161 Het voorstel in deze alinea is gebaseerd op Laitinens ‘ontologie van waarden’ (Laitinen 2008, 260–68). Volgens Laitinen kunnen waarden begrepen worden aan de hand van degenen die waarderen, kenmerken van waarde en dragers van waarde. Mensen zijn degenen die waarderen. De menselijke geest vormt als het ware de ruimte waarin het idee van ‘waarde’ kan verschijnen. Kortom, het bestaan van waarden is ‘subject-gerelateerd’, maar niet ‘subject-gecontroleerd’. De waarde van een object wordt bepaald door de kenmerken van het object die voor mensen betekenis hebben als waardevol (‘good-making features’). Tenslotte onderscheidt Laitinen alles waar mensen waarde aan kunnen hechten als ‘dragers van waarde’, zoals verlangens, gevoelens, acties, gebeurtenissen, karakters, levenswijzen et cetera. Dragers van waarde kunnen ingedeeld woorden als innerlijk, sociaal en natuurlijk. Het punt is nu dat deze dragers van waarde ontologische kenmerken hebben die niet waarde-neutraal zijn. Dragers van waarde zijn medebepalend voor de waarde die zij voor mensen kunnen hebben. Bijvoorbeeld om pijnlijk te zijn moet een drager een innerlijke ervaring zijn, om deugdzaam te zijn moet iets een persoon zijn et cetera. Het moreel realisme dat Laitinen op deze manier probeert te verdedigen verschilt als volgt van dat van Taylor: “… values are a layer of meaning in the human relation to the world, experienced by and reacted to by moral agents, with their sensibilities and mastery of evaluative vocabulary, from within their lifeworldly perspectives. Further, according to this view, the landscape of evaluative features follows the general ontological features of the landscape consisting of bearers of value. Taylor’s notion of constitutive goods goes one step further. There is an ontological source to such value.” (Laitinen 2008, 269) Ofwel, op basis van horizonovertuigingen worden bepaalde kenmerken van dragers van waarde als waardevol gezien. Of iets waardevol is, is niet alleen een projectie, maar wordt mede bepaald door de kenmerken van betreffende drager van waarde. De bron voor waarden ligt dus in de combinatie van kenmerken van dragers van waarden en de horizonovertuigingen van een leefwereld. Taylor gebruikt de term ‘ontological source’ niet voor constituerende waarden. Wat Laitinen schetst, kan gelezen worden als een vereenvoudigde weergave van wat Taylor bedoeld met constituerende waarden (Meijer 2016, 224–25). Constituerende waarden kunnen dan gezien worden als kenmerken van bepaalde dragers van waarde. 4

RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw