107 Het inleven in identiteitsverschillen: Articulatie-ethiek de ander’ en de beoogde ‘openheid’ precies begrepen kunnen worden. Hiertoe introduceert Taylor het concept van een ‘fusie van horizonnen’ (C. Taylor 1994b, 67). Fusie van horizonnen Taylor beschrijft het proces van een fusie van horizonnen als volgt:140 “In fact, it will almost always be the case that the adequate language in which we can understand another society is not our language of understanding, or theirs, but rather what one could call a language of perspicuous contrast. This would be a language in which we could formulate both their way of life and ours as alternative possibilities in relation to some human constants at work in both. It would be a language in which the possible human variations would be so formulated that both our form of life and theirs could be perspicuously described as alternative such variations. Such a language of contrast might show their language of understanding to be distorted or inadequate in some respects, or it might show ours to be so (in which case, we might find that understanding them leads to an alteration of our self-understanding, and hence our form of life – a far from unknown process in history); or it might show both to be so.” (C. Taylor 1985d, 125–26) In dit citaat spreekt Taylor over talen (‘languages’) en samenlevingen (‘societies’). Deze termen sluiten aan bij zijn focus op confrontaties van verschillende culturen. In het geval van een IRMC delen de conflictpartijen over het algemeen een samenleving en een taal.141 Juist daarom is het belangrijk dat het conflict opgelost kan worden! In de situatie van een IRMC kan Taylors term ‘society’ begrepen worden als een identiteitsgroep, ofwel een ‘subcultuur’ binnen een samenleving. Het begrip ‘languages’ kan in een IRMC begrepen worden als de verschillende vocabulaires of kaders voor zelf-begrip; in een IRMC articuleren partijen hun identiteit in verschillende, zelfs conflicterende termen. In het voorbeeld van het conflict over Zwarte Piet (zie paragraaf 3.2.1) is Zwarte Piet in de subcultuur van de activisten evident ‘racistisch’, en in de subcultuur van de traditionalisten een ‘onschuldige kindervriend’. Een belangrijke opmerking in het citaat is dat het kader van geen van beide partijen kan worden gebruikt om de ander te begrijpen. Dus, het kader ‘Zwarte Piet is racistisch’ kan niet worden gebruikt om de traditionalisten te begrijpen en andersom kan het kader ‘Zwarte Piet 140 Taylor bouwt hierbij voort op een concept van Hans-Georg Gadamer (Gadamer 1975; 1989). In deze sectie reconstrueer ik hoe Taylor dat toepast in relatie tot zelf-articulatie. (Vilhauer 2009) betoogt dat het concept het best begrepen kan worden in de bredere context van Gadamer’s concept ‘play’: “Retrieving Gadamer’s notion of understanding as play, and moving beyond the popular fixation on the ‘fusion of horizons,’ is a way of keeping the dynamic character of understanding in the foreground, and reminding us of the fact that all understanding involves the necessity of at least two distinct entities participating in a back and forth movement” (Vilhauer 2009, 363) Aangezien Taylor alleen het concept ‘Fusion of Horizons’ noemt, beperk ik me daar toe. Wel onderschrijf ik het dynamische en iteratieve karakter van het verwerven van wederzijds begrip, zoals in paragraaf 5.1.1 ook geëxpliciteerd zal worden. 141 De schaal van samenleven kan verschillen. Dat kan lokaal, regionaal, nationaal of internationaal zijn. Het gaat erom dat ze voor hun behoeftevervulling van elkaar afhankelijk zijn, en daarmee is er op enig niveau sprake van samenleven. De gedeelde taal hoeft niet de moedertaal te zijn. Het gaat erom dat ze zich over en weer verstaanbaar kunnen maken. 4
RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw