195 Appendix Figuur 1. Beloop van cognitieve achteruitgang. SCD = ‘subjective cognitive decline’, subjectieve cognitieve achteruitgang, MCI = ‘mild cognitive impairment’, milde cognitieve stoornissen. Aangepast van Jessen et al. (2014) (7). Subjectieve cognitieve achteruitgang In 2014 werd het SCIENCe project (Subjective Cognitive impairment Cohort) in het Alzheimercentrum Amsterdam opgericht. In deze studie worden mensen onderzocht met SCD (8). Mensen met SCD zijn cognitief normaal (wat wil zeggen dat de prestatie op cognitieve tests binnen normale grenzen valt), maar hebben wel de (subjectieve) gewaarwording van cognitieve achteruitgang over de tijd (7, 9). SCD kan worden veroorzaakt door (een combinatie van) verschillende factoren, zoals depressieve symptomen, slaapstoornissen, stress veroorzakende levensgebeurtenissen of normale veroudering, wat ervoor zorgt dat dit een heterogene groep mensen is. SCD kan ook het eerste symptoom zijn van een neurodegeneratieve ziekte, meestal de ziekte van Alzheimer. De ziekte van Alzheimer ontwikkelt zich langzaam en de pathologische stapeling van eiwitten begint al tientallen jaren voor een diagnose van dementie. Daarom kan het zijn dat sommige cognitief normale mensen met SCD al pathologische veranderingen hebben die passen bij de ziekte van Alzheimer. Het is moeilijk deze mensen te onderscheiden en daarom zijn er een aantal SCD plus criteria voorgesteld die de kans op een onderliggende neurodegeneratieve ziekte verhogen. Deze criteria zijn: subjectieve achteruitgang specifiek in het geheugendomein (in tegenstelling tot subjectieve achteruitgang in andere cognitieve domeinen), ontstaan van SCD in de afgelopen vijf jaar, leeftijd van ontstaan ≥ 60 jaar, zorgen geassocieerd met SCD, het gevoel dat men een slechtere cognitie heeft dan leeftijdsgenoten, A
RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw