170 Appendix zijn om hulp te zoeken (Boshoff et al., 2018). Ook professionals, zoals jeugdartsen of verpleegkundigen op het consultatiebureau kiezen soms voor een ‘afwachtende’ houding omdat het moeilijk kan zijn om bij jonge kinderen onderscheid te maken tussen ‘normale’ variaties in ontwikkeling en daadwerkelijke ontwikkelingsstoornissen. Hoewel er wereldwijd steeds meer aandacht is voor het belang van vroege detectie en interventie, komt passende zorg in de praktijk vaak nog te laat. Dit onderstreept de noodzaak om verder te investeren in onderzoek naar effectieve strategieën om vroege detectie en interventie te verbeteren, met als uiteindelijk doel dat alle kinderen die baat kunnen hebben bij vroege zorg op tijd de juiste ondersteuning krijgen. Nederlandse JGZ richtlijn: Autisme Spectrumstoornissen In Nederland worden baby’s en peuters op het consultatiebureau systematisch gevolgd door jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen die regelmatig contact hebben met jonge kinderen en hun ouders voor vaccinaties, medische zorg en ontwikkelingsscreening. Deze preventieve zorgprofessionals (PCPs) spelen een belangrijke rol in het monitoren van de ontwikkeling van kinderen en dus ook in de vroegtijdige opsporing van ontwikkelingsstoornissen en eventuele doorverwijzing naar vroege interventies. De resultaten van twee grote studies in Nederland gericht op vroege herkenning en screening van autisme (De SOSO-studie in Utrecht en het DIANE-project in Nijmegen) hebben geleid tot de ontwikkeling van de Nederlandse Centrum Jeugdgezondheid (NCJ) richtlijn “Autismespectrumstoornissen”, opgesteld door Van Berckelaer-Onnes et al. in 2015 Deze richtlijn biedt PCPs concrete handvatten voor het vroegtijdig opsporen en screenen van autisme. De richtlijn adviseert het gebruik van het Van Wiechen-onderzoek (Laurent de Angulo et al., 2008) om de ontwikkeling van alle kinderen vanaf de geboorte tot vier jaar systematisch te monitoren. Dit instrument bevat acht 'rode vlaggen' van Dietz et al. (2007), die kunnen wijzen op vroege signalen van autisme. Als één of meer van deze rode vlaggen worden gesignaleerd tijdens de algemene surveillance, adviseert de richtlijn PCPs om de CoSoS-screening (Communicatie- en Sociale Ontwikkelingssignalen) in te zetten en verder te onderzoeken of er sprake is van een verhoogde kans op autisme of andere ontwikkelingsproblematiek. Hoewel Nederland hoge standaarden heeft op het gebied van preventieve gezondheidszorg en er zowel uitgebreide wetenschappelijke en klinische kennis is over het belang van vroege opsporing en interventie bij autisme, wezen signalen uit de praktijk erop dat de richtlijn in de jaren na de introductie (2018/2019) niet altijd goed werd toegepast in het dagelijkse werk van PCPs. Dit zou mogelijk hebben bijgedragen aan een latere diagnose en zorgverlening dan gewenst. Onderzoek naar deze signalen
RkJQdWJsaXNoZXIy MjY0ODMw