"Jouw buurt, jouw data"

Buiten de hokjes De kwantitatieve gegevens uit het spel waarmee we deze vier mogelijke profielen van datadelen hebben samengesteld geven een aantal duidelijke en begrijpelijke tendensen weer. We zien dat het kennisdeel van het profiel duidelijk samenhangt met sociaal- demografische kenmerken: opleiding, leeftijd, gender en inkomen. Het al of niet delen van data lijkt naast de mate van kennis vooral te worden verklaard door de manier waarop mensen in het leven staan en hoeveel zorgen ze zich over privacy maken. We weten echter ook uit onze gesprekken met spelers dat sommigen zich helemaal niet zo makkelijk in de kwantitatieve hokjes laten plaatsen. We troffen bijvoorbeeld het volgende groep op een mbo-opleiding waar we de game lieten spelen: gezien de weinige hoeveelheid datapunten die ze herkenden en de hoeveelheid data die ze delen komen de spelers uit het spel als ‘argeloze datadelers’. Maar hun gedrag valt niet zo te typeren (zie kader) . • “Mij kun je online echt niet vinden” Argeloos of slim? “Over mij kun je niets vinden op Internet.” Leerlingen van een IT- opleiding gebruiken fake ID’s, gefingeerde namen en speciale mailadressen wanneer ze zich online begeven. Dit doen ze al van jongs af aan, waardoor ze echt niet of nauwelijks verschijnen wanneer ze zichzelf googelen. “Grote bedrijven zoals bol.com en H&M hebben misschien wel mijn echte gegevens. Die vertrouw ik wel. Niet van die kleine bedrijfjes…” Bestellingen laten ze bij een afhaalpunt bezorgen. In een slimme buurt bevinden zich ook minder conventionele datadelers. 41

RkJQdWJsaXNoZXIy NzQ5MDE=